Samenvatting akoestische maatregelen restaurants, cafés e.d.
-
We beperken ons in dit deel van de
site tot min of meer rechthoekige ruimten zonder interne afscheidingen.
Schermen worden, summier, behandeld in webpagina B.17.
-
We spreken steeds over kantines en restaurants,
maar de kennis kan probleemloos worden toegepast op alle ruimten waar mensen
door elkaar praten.
-
Slechts pratende mensen fungeren als
geluidbronnen. Allerlei andere geluiden verhogen het geluidniveau maar kunnen
nauwelijks worden becijferd.
-
De akoestische kwaliteit in een
restaurant wordt vrijwel volledig bepaald door de hoeveelheid absorberend
oppervlak per spreker, aangeduid met A/N. De grootte van de ruimte doet
nauwelijks ter zake
-
Het absorberend oppervlak wordt
berekend via de geometrische afmetingen en de absorptiecoëfficiënten
van alle deeloppervlakken tezamen.
-
Indien A/N kleiner is dan 3 m2/spreker
moeten mensen elkaar in de oren schreeuwen. Een situatie met 7 m2 kan als
"matig tot redelijk" worden bestempeld; goede akoestiek wordt bereikt
bij 15 m2.
-
Het geluidniveau in een ruimte is in
de orde van 70 dB bij A/N = 10 m2. Bij iedere verdubbeling van A/N gaat daar 6
dB af; bij iedere halvering komt er 6 dB bij.
-
In lawaaiige situaties gaan mensen
harder praten (het Lombardeffect). Het effect beïnvloedt wel het
geluidniveau maar niet de spraakverstaanbaarheid omdat de verhouding tussen
"gewenste" spraak en "ruis" gelijk blijft.
-
De spraakverstaanbaarheid
daalt/stijgt daarom "slechts" met 3 dB per verdubbeling van A/N.
-
Neufert rekent voor een standaard
restaurant met 1.5 m2 vloeroppervlak per bezoeker. Bij vierpersoonstafels komt
dat dus overeen met 6 m2 per spreker; in drukke cafés met staand publiek
is dit getal een stuk lager.
-
Een verhouding van 1.5 tussen het
totaal absorberend oppervlak (inclusief aanwezigen) en het vloeroppervlak is
haalbaar indien aandacht is besteed aan de akoestiek van de ruimte; een
verhouding van 2.0 is ongeveer het maximaal haalbare. Voor goede akoestiek moet
dus de "tafeldichtheid" wat omlaag.
Het geluidniveau, versie 2.0
De eerste versie van "het restaurant" is
geschreven in 2008. De ideeën over de spraakverstaanbaarheid en de
geluidniveaus waren gebaseerd op metingen in een ruimte waarin de hoeveelheid
absorptie kon worden gevarieerd. De metingen waren echter gebaseerd op
één tot vier sprekers. Later bleek dat het onderliggende model
wel klopte voor de spraakverstaanbaarheid in ruimten met veel grotere aantallen
sprekers, maar de geluidniveaus klopten niet. Daarom zijn in de loop van 2012
metingen verricht in TU-kantines. De weerslag daarvan is te vinden in de
theoriepagina's B.26 en B.26.1 t/m B.26.3. Voor de huidige
webpagina D.20 heeft dat als consequentie dat alle figuren met de
spraakverstaanbaarheid (figuren 3, 6, 8, 9) ongewijzigd zijn gebleven, maar dat
de figuren 4, 5 en 7 drastisch zijn opgehoogd. Uiteraard is hier en daar de
tekst ook aangepast aan de gewijzigde inzichten.
Typen ruimten
In dit hoofdstuk worden ruimten behandeld waar het
akoestisch klimaat wordt bepaald door de spraakverstaanbaarheid bij meerdere
gelijktijdige gesprekken. Meestal zal zo'n ruimte "restaurant" worden
genoemd, maar een café, een bedrijfskantine of een ruimte voor een
receptie vallen ook onder dit hoofdstuk.
De basisvragen voor de architect zijn:
-
Hoeveel akoestisch absorptiemateriaal
is er nodig?
-
Waar moet dat worden aangebracht?
-
Kan de vorm van de ruimte behulpzaam
zijn?
De laatste vraag wordt hier slechts kort aangestipt. Een
uitgebreidere behandeling is in het theoriedeel geschied. Daar kwamen ook
aanvullende afschermende maatregelen aan de orde, met name de onderverdeling in
compartimenten. Dat wordt wel degelijk in restaurants toegepast.
Het antwoord op de vragen hangt af van de eisen die aan
de ruimte worden gesteld. Maar er is nog een extra vraag:
Een restauranteigenaar kan bijvoorbeeld wensen dat de
gasten niet alleen komen eten, maar ook een gesprek met elkaar kunnen voeren en
dan bij voorkeur met meer dan twee mensen tegelijk. Anderzijds kan er ook
muziek ten gehore worden gebracht waardoor een gesprek alleen nog door intieme
duo's kan worden gevoerd; de muziek kan ook dusdanig belangrijk worden geacht
dat de gasten moeten zwijgen. Het muziekaspect blijft hier echter onbesproken [[1]]. Ook keukengeluiden
kunnen een bron van vreugde dan wel van ergernis zijn, maar ook die blijven
onbesproken.
Spraakverstaanbaarheid, een voorbeeld van een galmend restaurant
Als we ons beperken tot de spraakverstaanbaarheid in een
restaurant met meerdere sprekers gaat het om twee parameters:
Met behulp van Neufert [[2]]
en wat eigen metingen is de volgende lay-out getekend voor een kantine.

Figuur 1: De layout van een (deel van een)
bedrijfskantine.
De netto ruimte voor één tafeltje met vier
personen is 2.5 m2. De brutoruimte is uiteraard groter, want er zijn
gangpaden en andere voorzieningen nodig. In dit geval wordt de bruto ruimte
gesteld op 4.0 m2 per tafeltje, zodat er een ruimte van 10 bij 6 m
uitrolt. Vervolgens veronderstellen we een plafondhoogte van 3.2 m.
Bewust is ongeveer de allerdichtste pakking in een
restaurant gekozen: een volle bezetting met 1 m2 per bezoeker. Dat
zal in de praktijk zelden worden gevonden, maar er ontstaat daardoor
automatisch de moeilijkste akoestische situatie. Neufert rekent met 1.4 tot 1.6
m2 per bezoeker; die waarde zal later worden behandeld.
Veronderstel nu een tafeltje zoals getekend in figuur
2. Alle tafeltjes zijn bezet door groepjes van vier, waarvan telkens
één disgenoot spreekt. Er mag worden verwacht dat de
spraakverstaanbaarheid minimaal in orde moet zijn voor de diagonaal zittende
personen, dus bijvoorbeeld persoon D moet spreker A kunnen verstaan. De afstand
tussen A en D is ruim 1 meter, uiteraard afhankelijk van de mogelijkheid om
hoofd en lichaam naar voren of achteren te bewegen. Veel speelruimte in de
relatie AD is er echter niet; we zullen daarom in dit voorbeeld 1.0 m
aanhouden.

Figuur 2: Een groep van vier mensen om een tafeltje.
Allereerst wordt nu een tabel opgesteld zoals die al vele
malen is getoond in voorgaande delen van de site. Voor dit specifieke geval
wordt dat gedaan in tabel 1. Er is uitgegaan van een "slechte"
situatie, bijvoorbeeld een glaspaleis of een ruimte met gestuukte wanden en
plafond [[3]].
In het etablissement bevinden zich 60 mensen die door hun kleding ieder 0.5 m2
absorptie vertegenwoordigen. In de tweede kolom staan de geometrische
oppervlaktes, waarbij het publiek en het meubilair niet worden meegeteld. De
absorptiecoëfficiënten (kolom 3) zijn laag; ook het meubilair bestaat
uit formica of hout. In de meest rechtse kolom is te zien dat het publiek dan
verreweg de meeste absorptie vertegenwoordigt [[4]].
Tabel 1: Een voorbeeld van de geluidabsorptie in een
restaurant (of eigenlijk beter: kantine) van 10 × 6 × 3.2 m3.
Getallen tussen haakjes (meubilair en personen) tellen wel
mee voor de absorptie maar niet voor het totale oppervlak. Dat is een wat
ongebruikelijke conventie die door ons wordt gehanteerd in alle berekeningen:
het totale oppervlak wordt bepaald voor de kale ruimte.
Aangenomen wordt dat er 60 mensen aanwezig zijn, waarvan er
15 tegelijk spreken.
|
oppervlak
|
absorptie-coëfficiënt
|
absorberend oppervlak
|
|
[m2]
|
[-]
|
[m2]
|
vloer
|
60
|
0.05
|
3.0
|
plafond
|
60
|
0.1
|
6.0
|
alle vier wanden
|
102.4
|
0.05
|
5.1
|
meubilair
|
(40)
|
0.1
|
4
|
60 mensen
|
(-)
|
|
30
|
totaal oppervlak
|
222.4
|
|
48.1
|
Volume [m3]
|
192
|
gemiddelde absorptiecoëfficiënt [-]
|
48.1/222.4 = 0.22
|
nagalmtijd [s]
|
0.66
|
absorptie per vloeroppervlak [-]
|
48.1/60 = 0.80
|
A/N, oppervlak per spreker [m2]
|
48.1/15 = 3.21
|
In het site-deel over meervoudige sprekers is een figuur
gepresenteerd die de spraakverstaanbaarheid geeft als functie van de
hoeveelheid absorberend oppervlak per spreker (A/N). In de
literatuur komt men ook het absorberend oppervlak per aanwezige tegen
maar dat is uiteraard minder nauwkeurig omdat dan het percentage
sprekers/aanwezigen moet worden geschat.
De grootheid A/N staat in de onderste rij van
tabel 1 en is berekend door de hoeveelheid absorberend oppervlak (48.1 m2)
te delen door het aantal sprekers (15). Zoals aangetoond in de theorie-pagina's
B.26 e.v. blijkt die curve niet of nauwelijks afhankelijk van de afmetingen van
de ruimte.

Figuur 3: De spraakverstaanbaarheid opgedeeld in
categorieën "matig" tot "uitstekend" als functie van A/N,
de hoeveelheid absorberend oppervlak gedeeld door het aantal storende sprekers.
De parameter r geeft de afstand tussen bron en ontvanger. Daarbij wordt
een correctie aangehouden voor de richtingskarakteristiek van spraak en horen.
De figuur geldt vrijwel onafhankelijk van de grootte van de ruimte.
In de figuur is een gecorrigeerde afstand gebruikt waarin
is meegenomen dat het menselijke hoofd naar voren meer geluid afstraalt dan
naar achteren. Als de personen A en D elkaar aankijken op een afstand van 1.0
m, mag een gecorrigeerde afstand van ca. 70 cm worden aangehouden [[5]]. Deze waarde
gevoegd bij A/N = 3.2 levert het punt AD in figuur 3.
De conclusie is duidelijk: Spreker A is op plaats D
slechts met grote moeite te verstaan. Mensen met een niet-optimaal gehoor
dienen dit type restaurant te mijden, want de verdeling "matig" t/m
"uitstekend" geldt bij een goed gehoor. Gehoorverlies doet de
categorieën minimaal een plaats verschuiven [[6]].
In het theoriedeel B.26 e.v. was al afgeleid dat het
geluidniveau in een ruimte te vangen valt met slechts één curve
zoals getekend in figuur 4. De curve houdt er rekening mee dat het geluidniveau
oploopt als er meer sprekers in een ruimte zijn (immers A/N
daalt), maar mensen gaan ook harder praten in een lawaaiige omgeving; dat heet
het Lombardeffect. Daarom is de helling in figuur 4 vrij steil. Overigens heeft
het Lombardeffect geen invloed op de spraakverstaanbaarheid. Indien alle mensen
in een ruimte luider gaan praten, blijft de onderlinge verhouding tussen
gewenste spreker en het stoorniveau gelijk.

Figuur 4: Het totale geluidniveau in een ruimte als
functie van het absorberend oppervlak per spreker. De ruimte meet 10 × 6
× 3.2 m3 en is volgens tabel 1 spaarzaam voorzien van
absorptie. De meeste absorptie komt van de kleding van 60 bezoekers waarvan er
15 spreken.
Met behulp van figuur 4 kan worden voorspeld dat het
geluidniveau in het restaurant in de orde is van 79 dB. Dat mag een zeer
lawaaiig restaurant worden genoemd, maar ze bestaan wel degelijk in de
praktijk. En dat niveau geldt dan als alle geluid afkomstig is van spraak.
Gelach, omvallende stoelen, keukengeluiden, etc. kunnen hier nog 1 à 3
dB aan toevoegen en dat kan uiteraard nog meer worden bij (achtergrond-)
muziek.
De publieksreactie in een galmend restaurant
Omdat in het galmende restaurant een gesprek van vier
mensen moeizaam verloopt, ontstaat een boeiend fenomeen. Er ontstaan
duo-gesprekken en de ellende lijkt alleen maar toe te nemen. Het aantal
sprekers stijgt van 15 naar 30 mensen en A/N halveert tot 1.6 m2.
Figuur 5 laat zien dat het geluidniveau 6 dB toeneemt tot ver boven 80 dB. Dat
mag (voor een restaurant) een akoestische hel worden genoemd, maar dergelijke
situaties kunnen in de praktijk wel degelijk worden gevonden.

Figuur 5: Het totale geluidniveau in een ruimte als
functie van het absorberend oppervlak per spreker. Het aantal sprekers stijgt
ten opzichte van figuur 4 van 15 naar 30.
Op het eerste gezicht is het merkwaardig dat steeds meer
mensen gaan praten en de herrie navenant toeneemt. Echter, de toename van de
ruis wordt teniet gedaan door een ander effect: de afstand tussen personen A en
B of tussen A en C is een stuk kleiner dan tussen A en D. Ze zitten dichter bij
elkaar maar kunnen ook naar elkaar overbuigen. Bij zeer slechte spraakverstaanbaarheid
kunnen A en B hun onderlinge afstand tot bijvoorbeeld 30 cm laten dalen (dus 20
cm gecorrigeerd), voor de combinatie AC veronderstellen we 50 cm. In figuur 6
zien we dat (ondanks de toenemende herrie) de afstandsterm wint van de ruis. De
spraakverstaanbaarheid van de combinatie AC is nog matig, maar de relatie AB
mag zelfs redelijk worden genoemd. Echter, de combinatie AD schuift bij A/N
= 1.6 m2 en r = 0.7 m diep in het paarse, onverstaanbare
gebied.

Figuur 6: De spraakverstaanbaarheid in een galmend
restaurant van 10 × 6 × 3.2 m3. De tafelschikking
is die van figuur 2 waarbij persoon A als spreker wordt verondersteld.
Luisteraar D luistert op een afstand van 1 m (gecorrigeerd tot 0.7 m vanwege de
richtingsgevoeligheid van spraak en horen), Personen B en C kunnen de spreker
naderen tot op ca. 30 cm, respectievelijk 50 cm, zodat de gecorrigeerde
afstanden ca. 20 en 40 cm bedragen.
Het voorbeeld van 30 sprekers op 60 aanwezigen betekent
een percentage van 50%. Dat hebben we in de praktijk nog nooit geconstateerd.
Het gebeurt in lawaaiige situaties eerder dat toehoorders simpelweg afhaken.
Het voorbeeld uit de figuren 5 en 6 is dus vooral bedoeld als (afschrikwekkend)
voorbeeld.
De toevoeging van absorptie
Het voorgaande voorbeeld is doorgerekend in een situatie
waarin de hoeveelheid absorberend oppervlak te gering was en het aantal
sprekers extreem hoog, waardoor het quotiënt van die twee grootheden (A/N)
minimaal was. In dit hoofdstuk voeren we de hoeveelheid absorptie op naar een
waarde die juist vrij hoog is; het aantal sprekers wordt weer gelijk aan 15
gekozen, dus de dichtste pakking. Het desbetreffende restaurant staat in tabel
2. Er is een sterk absorberend plafond toegevoegd. Het meubilair absorbeert redelijk
en er zijn bijvoorbeeld gordijnen toegevoegd die zijn verdisconteerd in de
absorptie van het meubilair.
Tabel 1: Een voorbeeld van de geluidabsorptie in een
restaurant (liever kantine) van 10 × 6 × 3.2 m3. In de
ruimte is aardig wat absorptiemateriaal aangebracht.
Aangenomen wordt dat er 60 mensen aanwezig zijn, waarvan er
15 tegelijk spreken.
|
oppervlak
|
absorptie-coëfficiënt
|
absorberend oppervlak
|
|
[m2]
|
[-]
|
[m2]
|
vloer
|
60
|
0.05
|
3.0
|
plafond
|
60
|
0.8
|
48.0
|
alle vier wanden
|
102.4
|
0.2
|
20.5
|
meubilair
|
(40)
|
0.4
|
16
|
60 mensen
|
(-)
|
|
30
|
totaal oppervlak
|
222.4
|
|
117.5
|
Volume [m3]
|
192
|
gemiddelde absorptiecoëfficiënt [-]
|
117.5/222.4 = 0.53
|
nagalmtijd [s]
|
0.27
|
absorptie per vloeroppervlak [-]
|
117.5/60 = 2.0
|
A/N, oppervlak per spreker [m2]
|
117.5/15 = 7.8
|
De waarde van A/N stijgt van 3.2 naar 7.8 m2,
waardoor het totale geluidniveau met ca 8 dB daalt tot 71 dB. Dat is te zien in
figuur 7. Het geluidniveau in een het galmende restaurant was het best te
typeren met "zeer lawaaiig"; in het absorberend restaurant is vooral
sprake van "rumoer".

Figuur 7: Het totale geluidniveau in een ruimte als
functie van het absorberend oppervlak per spreker. Indien aan een galmend
restaurant absorptie wordt toegevoegd daalt het geluidniveau van 71 naar 63.5
dB.
De winst van 8 dB bestaat uit twee componenten:
-
Door
de extra absorptie wordt de opgenomen geluidenergie verhoogd. Daardoor daalt
het geluidniveau in dit geval met ca. 4 dB als we een continue geluidbron
zouden gebruiken.
-
Als
het achtergrondlawaai minder wordt gaan de bezoekers zachter praten (het eerder
genoemde Lombardeffect). Dat scheelt nog eens 4 dB.
Het tweede effect is vooral prettig voor de stembanden en
de keel van de sprekers. Het helpt echter niet om de spraakverstaanbaarheid te
verbeteren omdat de onderlinge verhoudingen gelijk blijven. Daarom telt alleen
het eerste effect en stijgt de spraakverstaanbaarheid van de combinatie AD van
"matig" tot "redelijk". Voor de combinaties AB en AC, op
veel kortere afstand, schuift het punt evenveel omhoog als in figuur 6. Die
spraakverstaanbaarheid bereikt daarmee de waarde "goed".

Figuur 8: De spraakverstaanbaarheid in een
absorberend en in een galmend restaurant van 10 × 6 × 3.2 m3
met 15 sprekers. De tafelschikking is die van figuur 2 waarbij persoon A als
spreker wordt verondersteld. Luisteraar D luistert op een afstand van 1 m
(gecorrigeerd tot 0.7 m vanwege de richtingsgevoeligheid van spraak en horen).
Het punt "galmend" geldt bij tabel 1 en komt uit figuur 3; "absorberend"
geldt bij tabel 2
De hoeveelheid absorptie uit het voorbeeld is gebaseerd
op een uitstekend plafond plus aanvullende absorptie van de meubels. Het aantal
vierkante meters kan eventueel nog verder worden opgevoerd door bijvoorbeeld
enkelhoge vloerbedekking toe te voegen of dikke gordijnen. Echter, met 10 m2
per spreker houdt het in een restaurant met dichte pakking wel ongeveer op.
Minder sprekers
Stel dat het aantal aanwezigen daalt van 60 naar 20 en
het aantal sprekers van 15 naar 5. Op het eerste gezicht zal ook A/N met
een factor drie dalen, maar als we de tabellen 1 en 2 herberekenen zien we een
interessant effect. Vooral in het galmende restaurant van tabel 1 droegen juist
de bezoekers flink bij aan de totale absorptie. In het galmende geval stijgt A/N
slechts van 3.2 naar 5.6, in het absorberend geval is de relatieve stijging
groter: van 7.8 naar 19.5. Die vier waarden zijn gebruikt in figuur 9. In een
absorberend restaurant met relatief weinig sprekers kan de
spraakverstaanbaarheid dus zelfs "goed" worden genoemd.

Figuur 9: De spraakverstaanbaarheid in een
absorberend en een galmend restaurant van 10 × 6 × 3.2 m3.
De tafelschikking is die van figuur 2 waarbij persoon A als spreker wordt
verondersteld. Luisteraar D luistert op een afstand van 1 m (gecorrigeerd tot
0.7 m vanwege de richtingsgevoeligheid van spraak en horen).
In figuur 9 is ook te zien dat de spraakverstaanbaarheid
altijd daalt als er meer bezoekers komen. Ze brengen weliswaar extra absorptie
mee, maar ze helpen alleen voor de spraakverstaanbaarheid als ze ook hun mond
houden. In een absorberend restaurant met 5 sprekers moet iedere extra spreker
20 m2 absorptie meebrengen. Dat lukt dus nooit.
Tafelgrootte
Als de tafelgrootte wordt gewijzigd, verandert er volgens
Neufert in eerste instantie niets aan de dichtheid voor het totale restaurant.
Stel bijvoorbeeld een indeling in ronde tafels met acht personen. De afstand
over de tafel is 1.40 m, zodat het geluidniveau van een spreker aan de
overzijde 3 dB lager is dan diagonaal over een vierpersoonstafel. Als er nu per
tafel van acht slechts één persoon spreekt daalt ook de ruis met
3 dB en blijft de spraakverstaanbaarheid dus gelijk. Echter, aangezien de
spraakverstaanbaarheid in restaurants zelden goed te noemen valt, zien we ook
in dit geval meestal het opbreken van het gezelschap in pratende duo's.
De berekening van Neufert is gebaseerd op een bepaalde
breedte per bezoeker. Indien daar meer ruimte voor wordt uitgetrokken passen er
bijvoorbeeld maar zes om dezelfde tafel. Indien weer één persoon
tegelijk aan het woord is, verandert er vrijwel niets aan de
spraakverstaanbaarheid. Maar bij zes personen neme men toch liever een kleinere
tafel om de afstand spreker-toehoorder, en dus de spraakverstaanbaarheid, te
verbeteren.
Staand en lopend publiek
Alle voorgaande overwegingen gelden ook voor een staand
publiek, bijvoorbeeld in een café, of voor bezoekers van een groot
winkelcentrum die er rondlopen of op het "terras" in een atrium
zitten. Indien het lawaai in de ruimte toeneemt, zien we weer sterk het
opbreken van groepen in duo's. Aan het begin van de avond in een café
(met nog weinig aanwezigen) is het aantal sprekers klein en kan
één spreker moeiteloos een kring van zes of acht mensen
toespreken. Als het aantal sprekers in de loop van de avond toeneemt, moeten
de groepen opbreken omdat men elkaar op grotere afstand niet meer kan verstaan.
De figuren 5 en 6 zijn onverkort van kracht.
Er is één verschil tussen zittend en staand/lopend
publiek: de dichtste pakking kan bij staand publiek nog verder omhoog. Zittend
is het minimum vloeroppervlak ongeveer 1 m2 per bezoeker; bij staand
publiek passen er twee bezoekers op een vierkante meter en in extreme gevallen
nog meer. In dat geval is de hoeveelheid absorptie per spreker gelijk aan 1 m2
of nog minder. Als dan
verder alle absorptie ontbreekt, kan het geluidniveau volgens figuur 4 oplopen
tot boven een stuk boven 80 dB. Bij een zeer drukke bijeenkomst in een
keldergewelf hebben we daadwerkelijk dergelijke geluidniveaus gemeten. Het gaat
hier echter om uitzonderingen en in een winkelcentrum worden dit soort
dichtheden niet gehaald.
De plaats van absorberende materialen
In het theoriedeel elders in deze site is uiteengezet dat
de verdeling van absorberende materialen over de ruimte een vrij sterke invloed
heeft op de nagalmtijd, maar dat de invloed op het geluidniveau zeer beperkt
is. Aangezien het akoestisch klimaat in een restaurant juist wordt bepaald door
het geluidniveau en de spraakverstaanbaarheid, mag het materiaal dus naar
willekeur worden aangebracht. Problemen ontstaan wel als de absorptie in een
ruimte wordt nagemeten. Hoewel, naar onze mening, een architect op eigen houtje
een restaurant moet kunnen ontwerpen is in dat geval specialistische hulp
onvermijdelijk.
Plafondhoogte
Het is een wijdverbreid misverstand dat een hoog plafond automatisch
leidt tot een goede akoestiek. Sommige grote glasoverkapte ruimten met te
weinig absorptie bewijzen in de praktijk de onhoudbaarheid van deze stelling.
Sabine's theorie is gebaseerd op kubusvormige ruimten [[7]] en juist een
ruimte met een hoog plafond benadert de kubusvorm beter dan een grote zaal van
bijvoorbeeld 20 bij 20 en een plafondhoogte van 3.5 m. De gegeven figuren
gelden dus onverkort. Het verhogen van het plafond leidt uiteraard wel tot meer
wandoppervlak en de totale absorptie per vloeroppervlak (en dus per spreker)
stijgt daardoor. Maar als de wanden slechts bestaan uit harde baksteen is die
winst verwaarloosbaar.
In een spreekzaal met één spreker en verder
alleen toehoorders werkt een hoger plafond contraproductief [[8]]. De nagalmtijd
stijgt en de spraakverstaanbaarheid van de spreker daalt. In een restaurant kan
ophoging van het plafond wel leiden tot een betere spraakverstaanbaarheid. De
spraakverstaanbaarheid van de gewenste spreker wordt nauwelijks beïnvloed.
Die draait voornamelijk om het directe geluid. De ruis van andere sprekers
wordt wel degelijk verlaagd. Dat effect staat, voor een restaurant, getekend in
figuur 10. De spiegelbronnen van alle sprekers bevinden zich (bij een laag
plafond) op kortere afstand van een toehoorder dan bij een hoog plafond. Het
geval met een hoog plafond volgt de theorie zoals in de voorgaande figuren
gegeven. Bij het lage plafond kan het geluidniveau ca. 3 dB hoger uitvallen dan
de theorie. Daardoor wordt de spraakverstaanbaarheid voor de toehoorder aan
dezelfde tafel 3 dB slechter. Het is dus juist het lage plafond dat de theorie
minder goed volgt.
Uiteraard is de sterkte van de spiegelbron afhankelijk
van de reflectiecoëfficiënt van het plafond. Bij een ideaal
absorberend plafond verdwijnt de spiegelbron helemaal. De extra verhoging van
het geluidniveau bij een laag plafond is dus het sterkst in een galmende
situatie. Bij een absorberend plafond vervalt dus de plafondhoogte als
parameter en een architect hoeft er, uit akoestisch oogpunt, geen rekening mee
te houden [[9]].
Figuur 10: De invloed van de plafondhoogte. Bij een
laag plafond bevindt de spiegelbron van de spreker zich op kortere afstand dan bij
een hoog plafond. Daardoor is het geluidniveau in een lagere ruimte hoger.
Waarden voor de praktijk, herhaling van B.26
In het theoriedeel B.26 is een paragraaf gewijd aan de
wenselijke waarden. Dat stuk wordt hier vrijwel woordelijk herhaald.
Het is duidelijk dat het in een restaurant/kantine met 75
dB klachten regent. Een ruimte onder 70 dB wordt meestal wel geaccepteerd als
het een kantine is, waar een lunchuur wordt doorgebracht. Het is ook de waarde
die in een druk restaurant kan heersen, al zal een redelijk aantal bezoekers
zich achter de oren krabben voordat ze dat restaurant een volgend maal
bezoeken. Een geluidniveau van 70 dB komt dus overeen met ongeveer A/N
= 10 m2/spreker of 3 to 4 m2 absorptie/aanwezige
bij de gebruikelijke verhoudingen tussen sprekers en aanwezigen in een kantine
of restaurant (figuur 11-links). Dat geldt voor spraak; andere achtergrond
geluiden hogen de niveaus op met 1 tot soms wel 5 dB.
Figuur 11-rechts geeft een herhaling van de curve voor de
spraakverstaanbaarheid die in webpagina B.24 was afgeleid.
Figuur 11: Kopieën van de figure voor het
geluidniveau (links) en de spraakverstaanbaarheid (rechts) die in webpagina
B.24, respectievelijk B.26 eerder zijn afgeleid.
Als voorbeeld is een lijntje getrokken bij A/N
= 10 m2/spreker. We zien dan dat de grens van goede
spraakverstaanbaarheid wordt bereikt bij rg = 0.5 m. In rg
zit het richteffect van een spreker (zie B.24) zodat de grens voor goede
spraakverstaanbaarheid in de praktijk ligt bij 70 cm. Dat is in een kantine
voor een lunchpauze dus prima te doen.
In andere ruimten (inclusief een restaurant) stellen we
meestal wat hogere eisen. De Ruiter [[10]]
adviseert 5-10 m2 per aanwezige "as a guideline for
large public spaces". Dat is dus 15-40 m2 per spreker,
afhankelijk van het percentage sprekers/aanwezigen. Het geluidniveau ligt dan
in de orde ligt van 60-65 dB (linker figuur). Rindel adviseert 12.6 m2
per spreker voor "sufficient quality of verbal communication",
hetgeen (bij 3 aanwezigen per spreker) neerkomt op ca. 4 m2 per aanwezige.
Voor "satisfactory verbal communication" verlangt Rindel het dubbele
(8 m2/aanwezige) en nogmaals het dubbele 17 m2/aanwezige
voor "good verbal communication" [[11]].